Blog Image

WILDPLAKKEN

Blog

Op deze pagina's vind je nieuws over fotograaf Bert Danckaert. Hier worden zijn fotografieteksten, o.m. geschreven voor <H>ART tussen 2005 en 2018 gepubliceerd.
Daarnaast word je geïnformeerd over tentoonstellingen, publicaties en fenomenale randverschijnselen uit de wondere wereld van de fotografie.

Lees hier de teksten verschenen in De Tijd tussen 1999 en 2005

Lees hier de teksten verschenen in <H>ART tussen 2006 en 2010

Tierney Gearon

Fototeksten Posted on do, april 10, 2008 20:53:18

Daddy, where are you?

Klik hier voor meer teksten van Bert Danckaert

De Amerikaanse fotografe Tierney Gearon (Atlanta, Georgia, 1963) was een illustere onbekende tot ze in 2001 door Charles Saatchi werd geselecteerd voor de tentoonstelling ‘I Am a Camera’, een groepstentoonstelling met bekende fotografen als Richard Billingham of Nan Goldin. Ze toonde er enkele foto’s van haar kinderen. Op één van de beelden zagen we haar zoontje naakt in de sneeuw plassen, op een andere foto staan Gearons zoon en dochter naakt op het strand met een masker op het hoofd. Dat was reden genoeg voor Scotland Yard om de foto’s uit de tentoonstelling te laten verwijderen. Bezoekers hadden immers geklaagd dat deze beelden pedofielen op verkeerde gedachten zouden kunnen brengen. Zoals dat dan gaat werd de fotografe wereldbekend.
Van Tierney Gearon verscheen zonet het indringende boek ‘Daddy, where are you?’. Gearon fotografeerde de complexe relatie die ze heeft met haar mentaal zieke moeder. De foto’s tonen onomwonden de meest intieme momenten van liefde en onbegrip binnen de context van de dagelijkse realiteit. Meestal bevinden we ons in of rond het huis van de moeder waar Gearon met haar eigen kinderen op bezoek is. Dan weer lijkt er een onverstoorbaar diepe band tussen moeder en dochter die even later abrupt overgaat in het onvermogen tot communicatie met de in zichzelf gekeerde oudere vrouw. Gearon is zelf vaak aanwezig in de foto’s, bijvoorbeeld wanneer ze naakt en zwanger op haar moeders schoot zit in de slaapkamer. De private wereld is het werkgebied waar liefde en pijn mekaar constant bestoken.
Toch is het begrijpelijk dat Gearons beelden verstoren. Ze zijn immers zo fragiel dat we haast naar adem moeten happen om er naar te kunnen kijken. Je zou je kunnen afvragen of dit werk egocentrisch, exhibitionistisch dan wel gênant is. Wellicht heeft het zelfs een beetje van alle drie. Daarnaast kunnen we er niet omheen dat de beelden van een moedige oprechtheid getuigen, een poëtisch en persoonlijk verhaal vertellen en meer universeel over belangrijke waarden als herkomst en persoonlijke geschiedenis gaan. Wie kinderen krijgt, gaat door een proces van individuele bevraging en de ouders – die tot grootouders gemaakt werden – spelen daarin een cruciale rol. Dat is bij Gearon niet anders. Het mentale isolement van de moeder verhoogt alleen de spanning; de psychologische ondoorgrondelijkheid en het mysterie van diepe emoties wordt vertolkt door een vreemde grijze dame die naakt en sigaretten rokend door het rommelige huis loopt, omhelst, huilt en lacht. Misschien bepaalt net die uitvergroting de draaglijkheid van dit boek.

Bert DANCKAERT

‘Daddy, where are you?’ van Tierney Gearon werd uitgegeven door Steidl Dangin en kost 75 euro. ISBN: 3-86521-309-X. Web: www.steidlville.com
Over het werk van Tierney Gearon werd onlangs door Jack Youngelson en Peter Sutherland een documentaire gemaakt. ‘The Mother Project’ is verkrijgbaar op DVD: www.themotherproject.com

Blog Image



Marc De Blieck

Fototeksten Posted on do, april 10, 2008 20:51:09

Reflecties over vluchtigheid en dood

Klik hier voor meer teksten van Bert Danckaert

Marc De Blieck (1958) maakte voor Initia, bureau voor kunst- en cultuurinitiatieven een fotografieopdracht over ouder worden en ‘het verstrijkende leven’. De ijzersterke installatie, die het resultaat van zijn onderzoek is, wordt momenteel getoond in De Markten te Brussel.
Marc De Blieck baseerde zich op het leven van vier bejaarden uit drie verschillende rusthuizen. Hun verhalen en familiefoto’s liggen aan de basis van reflecties over tijd, verleden, geheugen en het voorbije leven waar vanuit de ouderdom op teruggekeken wordt. Hij vertrekt daarbij van een fundamenteel fotografische tragiek: alles wat we op foto’s zien is onherroepelijk voorbij en daarom zijn foto’s zo sterk verbonden met de dood. Mensen kijken poserend in een landschap in de toekomst van het nu. Ze zijn zich bewust dat de foto dit mooie moment zal conserveren, zoals de vlinderverzamelaar dode vlinders in een houten kastje prikt.
De Blieck overstijgt in zijn presentatie de anekdotiek van private levens met hun specifieke verhalen. Hij toont ons een type van beelden, de hoogtepunten uit het bestaan van gewone mensen; hun reizen, vrienden of de bloemen die ze zagen op een wandeling in de Alpen. De Blieck presenteert het universele van de onbeduidende beeldtaal en maakt slim gebruik van toevallige symboliek. Zo toont hij een aantal reproducties van albums, gefotografeerd doorheen het kalkpapier tussen twee bladzijden. De laag die over het verleden ligt refereert aan vergeten, verdwijnen haast. Tegelijkertijd legt De Blieck de oervorm van de foto bloot, we zien ‘het landschap’ en ‘de pose’ terwijl alle herkenbaarheid lijkt weg geschraapt.
In een tweede ruimte gaat De Blieck met drie videoprojecties verder in op het gegeven van tijd, beeld en dood. In de bescheiden projectie ‘Uscita’ (Italiaans voor ‘uitgang’) zoomen we tergend langzaam in op een glazen deur bovenaan een stenen trap. Het licht schijnt door het gehamerd glas waarop een bordje met ‘Uscita’ werd aangebracht. Op de duur blijft er slechts een psychedelisch gouden patroon van het glas zichtbaar tot het uitzoomen wordt ingezet. Op dezelfde trage manier keren we terug naar het overzicht. Wat blijkt is dat we als het ware doorheen het glas zijn gestapt en dezelfde deur nu in spiegelbeeld bekijken. ‘Het einde’ wordt gesymboliseerd door een omkering, de dood wordt gelijkgeschakeld met de terugblik van op het verste punt.
Het grootste werk op de tentoonstelling ‘Home’ is de projectie ‘Image, Afterimage’ die bestaat uit beelden die Marc De Blieck van het internet plukte. Massaal posten mensen hun private belevingen op photosharing sites. De enige rem die de digitale amateurfotograaf nog rest is de capaciteit van het geheugenkaartje. Foto’s zijn ‘gratis’ geworden waardoor we de afgelopen 10 jaar meer gefotografeerd hebben dan tijdens de hele afgelopen analoge fotogeschiedenis. Doemdenkers spreken van de devaluatie van het fotobeeld of over het ‘postfotografisch tijdperk’.
De Blieck plaatste voor dit werk een grote verzameling van dit soort ‘waardeloze’ beelden achter elkaar. Vluchtige momenten van geluk in de vorm van ondergaande zonnen, feestjes, planten en eten. Alsof onze levens samen met de fotografie gedevalueerd zijn. In de projectie lopen de beelden telkens in elkaar over zodat we nooit één beeld zien maar telkens de ‘besmetting’ van het ene beeld in het andere. Is de schrijnend lege stroom van gelukzalige stereotiepen het beeld dat we zullen zien van op het verste punt?

Bert DANCKAERT

‘Home’ van Marc De Blieck tot 17 februari 2008 in De Markten, Oude Graanmarkt 5 in Brussel. Open van dinsdag tot en met zondag van 12 tot 18 uur. Web: www.demarkten.be.

Blog Image



Filip Dujardin

Fototeksten Posted on do, april 10, 2008 20:43:07

De architectuur van de constructie

Klik hier voor meer teksten van Bert Danckaert

Onder de titel ‘Image/Construction’ toont Filip Dujardin -al dan niet- geconstrueerde architectuurfoto’s in Bozar te Brussel. De tentoonstelling bestaat uit drie reeksen: barakken gevonden op landbouwgebied, een serie van commercieel werk in opdracht gemaakt voor het tijdschrift voor architectuur A+ en tot slot een reeks digitale fotomontages waar fictieve architectuur voor bevreemding zorgt.
Filip Dujardin (1971) studeerde kunstgeschiedenis aan de Universiteit Gent en fotografie aan de KASK te Gent. Hij werkte twee jaar als technisch assistent voor Magnumfotograaf Carl De Keyzer. De tentoonstelling is een coproductie van Bozar met tijdschrift voor architectuur A+ en de orde van architecten. Het spreekt voor zich dat de architectuur aan de basis ligt van de verschillende series die Dujardin presenteert.
In de reeks ‘barakken’ toont hij een soort non-architectuur; pragmatisch in elkaar geknutselde bouwsels voor een mysterieuze landbouw-gerelateerde praktische toepassing. Dujardin isoleerde de constructies netjes in het vlakke Vlaamse land. Ondanks de neutrale, overschouwende benadering hebben deze beelden iets surrealistisch en gaan ze over de meest primaire architecturale reflex: het creëren van een bruikbaar volume in het landschap. Deze constructies zijn niet het gevolg van goede smaak, een ‘less is more’-overtuiging of een esthetisch-filosofisch standpunt. Wat we zien is het gevolg van toeval. Deze architectuur heeft misschien meer te maken met hoe we als kind kampen bouwden in de woonkamer; de gebruikte materialen waren wat er voorhanden was en de vorm ontstond vanuit die objecten en de fantasie van het moment.
De tweede serie bestaat uit een aantal foto’s gemaakt voor tijdschrift over architectuur A+. Dit commerciële en vakkundige werk is zeer bruikbaar ter illustratie van wat het beschrijft: huizen en interieurs van bekwame architecten. In de tentoonstelling blijven deze beelden helaas niet overeind. Ze missen richting, statement of standpunt van de fotograaf.
De derde reeks is zonder twijfel de meest spectaculaire. Photoshop constructies leidden tot beelden van gigantische en maniakale architectuur. Zowel industriële als sociale imaginaire bouwwoede komt aan bod. Dujardin is behoorlijk bedreven in het samenstellen van architecturale fragmenten uit verschillende foto’s tot één nieuw beeld. Soms levert het boeiende kubistische composities met referenties naar de echte wereld op. Tegelijkertijd zijn de beelden zo overdreven dat ze meer te maken hebben met de taal van de sciencefiction. Ook moet gezegd dat Dujardin iets te nadrukkelijk zijn kloon-tool hanteert waardoor dezelfde patronen meermaals in één beeld te traceren zijn. Ook zijn er soms technische onnauwkeurigheden: de foto van een enorme rotsblok tussen twee woningen heeft duidelijk een andere scherpte dan de gebouwen op de foto, dit soort afgelikte digitale hocus pocus verdraagt geen slordigheden, anders doorzie je de truc van de goochelaar en dan is de lol er af.
Een iets soberdere interpretatie van een opeenstapeling van achterkanten van woningen tot een spel van banaliteit en abstractie levert dan weer wel een spannend beeld op.
De combinatie van de digitale fotomontages met de zuiver waargenomen barakken stelt het begrip ‘constructie’ gevat in vraag. De toevoeging van het commerciële werk op deze tentoonstelling, legt helaas het gebrek aan gewicht van deze expo bloot.

Bert DANCKAERT

Image/Construction van Filip Dujardin tot 31 maart in het Paleis voor Schone kunsten, Ravensteinstraat 23, 1000 Brussel. Open van dinsdag tot zondag van 10 tot 18u en op donderdag tot 21u. Toegang vrij. Web: www.bozar.be

Blog Image



Dirk Braeckman

Fototeksten Posted on do, april 10, 2008 20:36:09

Een ornament voor het Concertgebouw

Klik hier voor meer teksten van Bert Danckaert

Op 25 januari wordt in het Concertgebouw van Brugge een permanent werk van Dirk Braeckman ingehuldigd. De aankoop kwam tot stand door de samenwerking tussen het Concertgebouw, de Stad Brugge en Musea Brugge. Architect Paul Robbrecht – die samen met Hilde Daem het gebouw ontwierp – deed zelf het voorstel. Het resultaat is tegelijk sober en monumentaal: Braeckman monteerde een digitale print van 480 x 300 cm in de nok van het Atrium. De foto werd afgedrukt op flinterdun Japans zijdepapier en tegen de betonnen wand gekleefd waardoor het werk letterlijk deel wordt van de architectuur.
‘H.S.-N.Y.-94-99-2007’ is een typische Braeckman-foto: in donkere tinten doemt een wand met oud behangpapier op. In het zware – maar toch glanzende – behangpapier reflecteert het flitslicht van de fotograaf, als de echo van een twijfelende aanwezigheid. De foto beschrijft geen ruimte, ze ontneemt ruimtelijkheid in een plat en claustrofobisch vlak. Het is de wand van een onleesbare geschiedenis; de muur als een onopgemerkte getuige van het leven dat zich hier afspeelde. Dit beeld staat bol van wat het niet kan tonen. Zoals steeds toont Braeckman een onvermogen verpakt in een achteloze plek.
De wisselwerking met de architectuur van het Concertgebouw is al even dubbelzinnig als het beeld op zich. De uitgebalanceerde structuur van het gebouw verdraagt immers niets extra en de strakke vormgeving ervan staat wel erg ver van Braeckmans beladen beeldtaal. En toch werkt het wonderwel. De donkere grijstinten van het beeld contrasteren en worden één met het grijze beton. De vormelijke referentie tussen de foto en de rechthoekige openingen waaruit de ruimte is opgebouwd spelen prachtig op mekaar in. Tegelijk levert Braeckmans ‘fresco’ een breuk op met het gebouw: de barokke en verweerde wand op de foto tekent zich af tegen het frisse beton van het Concertgebouw en lijkt haast een projectie.
Met deze installatie kreeg de uitgepuurde architectuur van Robbrecht & Daem een beladen ornament cadeau. Paradoxaal genoeg gaat dit ornament naadloos over in het moderne gebouw, alsof het al in de ontwerptekening aanwezig was.

Bert DANCKAERT

‘H.S.-N.Y.-94-99-2007’ van Dirk Braeckman is vanaf nu permanent te zien in het Atrium van het Concertgebouw, ’t Zand 34, 8000 Brugge.

Blog Image