Afrika in Knokke
Het is iedere editie een beetje bang afwachten. Het fotofestival van Knokke-Heist heeft immers een kwalijke reputatie. Ondanks het harde werk en de goede intenties van de curatoren slopen in de afgelopen afleveringen telkens een aantal compromissen die de internationale ambities in de weg stonden. Helaas is het dit keer niet anders.
Het grootste probleem waarmee dit festival al jaren worstelt, is de spagaat die het probeert te maken tussen zogenaamd ‘hoge’ en ‘lage ‘ fotografie. Het wil met thematische tentoonstellingen en monumentale openluchtpresentaties internationale kwaliteit brengen voor een specifiek geïnteresseerd publiek maar tegelijk ook de dagjestoeristen en achteloze voorbijgangers bedienen. Daarnaast biedt het telkens ook een platform voor amateurfotografen van het meest clichématige soort.
Decoratief
Het thema van deze editie is ‘Haute Africa’ en wil de alom gekende kommer en kwel van het zwarte continent even vergeten en een positief verhaal brengen waarbij mode (of de manier waarop mensen via hun kledij uiting geven aan hun identiteit) het glijmiddel is. ‘Haute Africa’ verwijst op die manier niet alleen naar een geografische regio maar ook naar de ‘haute couture’ die verband houdt met de streek. Doorheen Knokke-Heist kunnen openluchtpresentaties teruggevonden worden, vaak op groot formaat geprint op zeildoek of op panelen gemonteerd. Ondanks de puike kwaliteit van de afdrukken werd veel te weinig rekening gehouden met het bronmateriaal waardoor het eindresultaat vaak te lijden heeft onder de (onnodige) uitvergroting. Ook is er meestal geen interactie met de omgeving waardoor de installaties louter decoratief blijven. Martin Parr (UK, 1952) presenteert met een grote ‘foto-toren’ op de dijk werk uit zijn ‘Luxury’ serie over protserige rijkdom in de wereld. Hoewel dit werk net wél kritisch op zijn plaats is in het mondaine Knokke, heeft het verder niets met het festivalthema te maken, behalve dan dat enkele foto’s in het Zuid-Afrikaanse Durban opgenomen werden. De typologische portrettenreeks van leden van de Hererostam uit Namibië van Jim Naughten (1969, UK) is een overgefotoshopte kopie van het werk van de Franse fotograaf Charles Fréger. De serie over transgenders en lesbiennes uit Zuid-Afrika van Zanele Muholi (die ook op de vorige Documenta te zien was) wordt gedurfd getoond in de Dominicanenkerk maar breekt desondanks geen potten.
Toch is er ook goed nieuws: de boekpublicatie van ‘Haute Africa’ levert wél de nodige diepgang. In deze publicatie wordt veel nauwkeuriger omgesprongen met het verhaal achter de foto’s en heeft het beeldmateriaal niet te lijden onder spektakelpresentaties.
Bert DANCKAERT
‘Haute Africa’, openlucht fotofestival van Knokke-Heist tot 9 juni. ‘Unknown Masterpieces, Photo View, Fotoclubs & World Press Photo ’14 in CC Scharpoord, Meerlaan 32, 8300 Knokke-Heist. Toegang gratis, dagelijks open van 10 tot 19u. www.fotofestival.be
Het boek ‘Haute Africa’ werd uitgegeven door Lannoo en kost 39,99 euro.
Zanele Muholi, Lebo ‘Leptie’ PHUME, Daveyton, Johannesburg, 2013 Courtesy Zanele Muholi and Stevenson Cape Town/Johannesburg
Een ‘fotofestival’ – in de ware betekenis – kan je
dit nauwelijks noemen en het staat wel héél ver af van ware ‘fotofestivals’
zoals het ‘Rencontres d’Arles’. Ik denk (en ik weet) dat deze ‘show’ (in zijn
realisatie) méér te maken heeft met wat men tegenwoordig ‘city marketing’ pleegt
te noemen dan met (internationale) aspiraties of bekommernissen rond het medium
‘fotografie’ hoewel (een deel van) de curatoren zijn uitgegaan van een idee over
‘derdewereldfotografie’ of iets in die aard dan toch. En die ‘spagaat’, och ja,
dat gaat gewoon terug op de oorspronkelijke bron van dit ‘fotofestival’,
namelijk de plaatselijke clubs van ‘amateurfotografen’. En ja, het is waar,
‘amateurfotografie’ trekt tegenwoordig geen (of niet genoeg) ‘volk’ meer omdat
het te ‘gewoontjes’ geworden is, te ‘dicht bij huis’, geen ‘Kunst allures’
heeft, niet genoeg amuseert of verstrooit en vooral ook niet
kickmatig choqueert en niet ‘internationaal’ genoeg ronkt en ruikt. En ja, het
is ook waar dat de meeste ‘amateurfotografen’ cliché foto’s maken en tonen, maar
één ding is zeker: ze amuseren zich, ze observeren en registreren met hun ‘apparaat’ allerlei
dingen zonder de getormenteerde zucht om ‘wereldverbeteraars’ of planetair
ingestelde filosofen te willen zijn, ze pretenderen ook niet op de
werkelijkheid te kunnen of te willen ‘ingrijpen’ – behalve allicht wél in
‘photoshop’ – , neen het zijn gewoon waarnemers en registreerders
van beelden uit hun dichte of iets verdere omgeving, veelal amusant en soms ook
interessant tot héél interessant, kortom de meeste ‘amateurfotografen’ doen en
maken eigenlijk niet veel anders of minder dan wat een Martin Parr doet en wat
zovele andere Magnum fotografen mét naam (en faam) Martin Parr hebben voorgedaan
en sommigen nog doen. Is dat op zich niet voldoende, voldoening schenkende? Die
Knokse ‘spagaat’ mag voor mij gerust verdwijnen, zij het dan wel door zich terug
te plooien op wat het oorspronkelijk was: een ‘festival van de
amateurfotografie’. Alleen vrees ik dat er hiervoor geen (Knokse) Geld-Schieters
meer zullen zijn, omdat het niet genoeg ‘volk’ meer trekt en lokt, omdat het
‘het volk’ niet genoeg verstrooit en afleidt van de minder leuke kanten van het
eigen zijn en leven, omdat het – letterlijk en figuurlijk – niet ‘GROOT’ genoeg
is, omdat het niet (voluit) meespeelt in het verblindende én verdovende ’theater
van de werkelijkheid’ maar het integendeel hier en daar op een directe,
eenvoudige maar duidelijk (af)leesbare wijze weet te doorprikken, te ontkleden
of te ontmaskeren, m.a.w. een functie heeft die véél verder reikt dan wat het
kunstig ingekapselde zieltje van de liefhebber van het ’theater van de
werkelijkheid’ hoogst individueel zou kunnen beroeren. Lang leve (nog) de
‘amateurfotografie’!