Blog Image

WILDPLAKKEN

Blog

Op deze pagina's vind je nieuws over fotograaf Bert Danckaert. Hier worden zijn fotografieteksten, o.m. geschreven voor <H>ART tussen 2005 en 2018 gepubliceerd.
Daarnaast word je geïnformeerd over tentoonstellingen, publicaties en fenomenale randverschijnselen uit de wondere wereld van de fotografie.

Lees hier de teksten verschenen in De Tijd tussen 1999 en 2005

Lees hier de teksten verschenen in <H>ART tussen 2006 en 2010

Mathieu Bernard-Reymond

Fototeksten Posted on zo, mei 17, 2009 18:48:16

Klik hier voor meer teksten van Bert Danckaert

‘TV’ van Mathieu Bernard-Reymond

Van de Franse fotograaf Mathieu Bernard-Reymond (Gap, 1976) verscheen onlangs bij Hatje Cantz het intrigerende boek ‘TV’. Bernard-Reymond legde zich, sinds hij in 2002 afstudeerde aan de befaamde fotoschool van Vevey in Zwitserland, toe op het spanningsveld tussen de virtuele en de werkelijke wereld. Zo maakte hij met complexe softwarepaketten landschappen gebaseerd op portretten (Vous ètes ici) of hallucinante architecturale constructies die eigenlijk diagrammen van beursaandelen waren die hij als gigantische monumenten digitaal in het ‘werkelijke’ landschap verwerkte (Monuments).
Voor de serie ‘TV’ is het niet anders: met handige Photoshop technieken kopieerde Bernard-Reymond tv-stills in stedelijke landschappen waardoor nachtopnamen van suburbia bewoond worden door allerhande tv figuren. Lichtgevende vensters van flatgebouwen werden vervangen door schermen, levens zappen voorbij. In een voortuintje peuzelt een leeuwin haar prooi op terwijl achter de zonneblinden van het venster een presentator druk doende is. Danseresjes van één of andere ‘Tien om te zien’ jazzdansen in het desolate landschap van een beregende kermis bij nacht. Irak-soldaten patrouilleren aan de voordeur van een kantoorgebouw. Een bokser slaat zijn tegenstrever K.O. op een bouwwerf.
Een studie heeft uitgewezen dat we gemiddeld 14 jaar van ons leven voor TV slijten. Terwijl we dat doen liggen de straten er donker en verlaten bij. Gehypnotiseerd ondergaan we de spektakels van onze favoriete zenders terwijl de wereld buiten tot stilstand komt. Mathieu Bernard-Reymond speelt de anonimiteit en de betekenisloosheid van het alledaagse uit tegenover de leugenachtige illusie van het lichtgevende wonder. Steeds meer voltrekken onze levens zich in het virtuele. Sinds de blijde intrede van de televisie in de jaren ’50 en huiskamercomputers in de jaren ’90 is het leven er steeds individueler op geworden. We zijn sociaal in chatboxes en op Facebook en hoeven daarom onze veilige sofa niet meer te verlaten. De eenzaamheid die we voor onszelf geschapen hebben, vullen we troostend op met schrijnend leeg amusement. Naast mekaar zitten we alleen, op zoek naar herkenning in ‘Desperate Housewives’ of kijken we net voor we gaan slapen nog even hoe het met de beurs staat. Dwaze reclames onderbreken shows die gemaakt worden omwille van de winstgevende reclameblokken ertussen. Steeds hogere kijkcijfers zijn de staande ovatie voor deze incestueuze vicieuze cirkel van verstrooiing.
Een citaat van Peter Sloterdijk in het boek illustreert het treffend: “Wat is het verschil tussen een televisietoestel dat aan staat en een dat uit staat? Denk er over na. Voor mij is er geen verschil: het is hetzelfde ritme, tam-tam, geluid-pauze, aan-uit, de wereld zoals we die kennen. Kijken of niet kijken, events en non-events, beelden en niet-beelden – kan je nog volgen?”

Bert DANCKAERT

‘TV’ van Mathieu Bernard-Reymond werd uitgegeven door Hatje Cantz en kost 35 euro. ISBN 978-3-7757-2174-5

Uit ‘TV’ van Mathieu Bernard-Reymond



Jimmy Kets

Fototeksten Posted on zo, mei 17, 2009 18:44:41

Klik hier voor meer teksten van Bert Danckaert

Las Vegas Blues

“For a loser, Vegas is the meanest town on earth.” (Hunter S. Thompson)
Vegas is show en kitsch, excitement en nightlife terwijl overdag de zon verschroeiend uithaalt tegen een staalblauwe lucht. Vegas is niet veel meer dan één lange straat, één langgerekt hotel of casino, een pretpark voor het volwassen kind. Escortservice en gigantische steaks maken de indigestie compleet.
Vegas is een illusie, een luchtspiegeling in de woestijn waarvan menig bedrogen terugkeerde. In Vegas zingen de Sirenes veel te luid, maar dat kan de pret niet drukken.
De Antwerpse fotograaf Jimmy Kets (Lier, 1979) bezocht Las Vegas om er op zoek te gaan naar beelden en naar zichzelf. Hij maakte net een moeilijke periode door waardoor het dwalen door het decor van fake en lust een existentiële betekenis kreeg. Een selectie beelden uit deze zwerftocht is nu te zien in de nieuwe ruimte voor fotografie ‘Stieglitz 19’ in Antwerpen. Dries Roelens tracht er in zijn galerie ondermeer Belgisch talent te promoten en geeft edities uit tegen zeer betaalbare prijzen.
Opvallend is dat Kets voornamelijk opereerde aan de rand van de stad of aan de zij- en achterkanten van de protserige gebouwen. Slechts op één beeld zien we het interieur van een casino. Een oudere gezette dame zit voor een jackpot automaat. Naast haar staat een wagentje met daarop een grote metalen gasfles, een plastiek slangetje verdwijnt in haar richting. Aan zuurstof geen gebrek. Een ander beeld werd letterlijk gemaakt op de grens van Vegas en de dorre woestijn. Op een enorm reclamebord lezen we “Need 500$ to stay in Vegas another day?”, een foto van een callgirl met diepe decolleté op het bord kijkt verleidelijk en niets verhullend toe. Lust and lost in the desert. Verder zien we afval, een verlaten zwembad bij nacht of een lege vitrine. Een plastieken paard lijkt verdwaald op een verlaten parking. Naast al het uiterlijk vertoon in Vegas is er vooral diepe eenzaamheid en daarin heeft de fotograaf zich duidelijk herkend.

Bert DANCKAERT

‘Las Vegas Blues’ van Jimmy Kets loopt tot 26 april in ‘Stieglitz 19’, Arthur Goemaerelei 19, 2018 Antwerpen. Open op vrijdag van 16 tot 18u en op zaterdag en zondag van 14 tot 18u (en op afspraak). Web: www.stieglitz19.be.

Uit ‘Las Vegas Blues’ van Jimmy Kets



Fotofestival Knokke

Fototeksten Posted on zo, mei 17, 2009 18:22:39

Klik hier voor meer fototeksten van Bert Danckaert

Fotofeest van ‘hoge’ en ‘lage’ kunst

Met de editie 2009 van het Internationaal Fotofestival van Knokke-Heist willen de organisatoren een nieuwe weg inslaan. In plaats van te kiezen voor de populistische beeldcultuur die we op vorige edities overvloedig voorgeschoteld kregen, werd samenwerking gezocht met gereputeerde curatoren uit binnen- en buitenland om het niveau op te krikken. Naast een ruim gamma van tentoonstellingen, worden lezingen, symposia en cursussen georganiseerd. Terwijl enerzijds de lat opmerkelijk hoog werd gelegd, blijven anderzijds de (lokale) fotoclubs ruim vertegenwoordigd waardoor een gevaarlijke kloof ontstaat tussen de zogenaamd hogere en lagere cultuur.

Het Internationaal Fotofestival van Knokke-Heist is ontstaan uit een wedstrijd voor de beste humorfoto als onderdeel van het cartoonfestival. 1979 was het. Van digitale fotografie was er nog geen sprake, evenmin van de fotomusea van Antwerpen of Charleroi. Het Vlaamse land was nog bezaaid met donkere kamers en in de talrijke fotoclubs kwamen vooral mannen samen die jassen droegen met wel honderd zakjes om er in de zoemende warmte van de projector naar mekaars kleurendia’s te kijken. De wereld is veranderd. Dia’s werden jpg’s, donkere kamers computerschermen en projectoren veranderden in beamers.

Carrousel

Met een knipoog naar de diaprojector in de huiskamer of lokale fotokring werd de centrale expo ‘Still / Moving / Still’ opgezet. De Duitse curator Marc Glöde selecteerde tientallen actuele en historische kunstenaars die de diaprojectie als medium gebruik(t)en. Glöde is filmwetenschapper, curator en criticus. Hij is sinds 2001 co-directeur van het Wild Walls festival (Berlijn, Los Angeles, Londen en New York) en is verantwoordelijk voor de filmprogrammatie van Art Basel. Met Glöde haalde het Internationaal Fotofestival van Knokke-Heist een zwaargewicht in huis die een complexe maar intelligente tentoonstelling uitbouwde, verspreid over twee locaties.

In cc Scharpoord is de tentoonstelling opgebouwd tussen het werk ‘1969-2005’ van Billy Sullivan en het recente werk ‘Homer’ van Pablo Pijnappel. Op drie schermen bouwt Sullivan een beeldend narratief dat door muziek wordt ondersteund. Het autobiografische karakter doet sterk denken aan de slideshows van Nan Goldin. Pablo Pijnappel combineert in zijn installatie ook drie diaprojecties met geluid maar hier gaat het over een gesproken verhaal. Literatuur wordt uitgespeeld tegenover het beeld waardoor juist de onmogelijkheid van de foto als narratief wordt onderlijnd. Terwijl we het verhaal horen, zien we beelden van een stad of een besneeuwd landschap. De tekst vertelt terwijl de foto beschrijft.

Tussen deze twee uitersten loopt de expo o.m. langs historisch werk van Denis Oppenheim. Het werk ‘Sleeping Dog / Dead Dog’ toont op vier schermen telkens een foto van een liggende hond. Een droge stem zegt achtereenvolgens ‘Sleeping Dog’ of ‘Dead Dog’. Taal beïnvloedt het beeld in dit werk over context en betekenis. Wat verder staat de bescheiden dia-installatie van Anthony McCall ‘Miniature in Black and White’ uit 1972. Heel snel verschijnen en verdwijnen felle lichtbeelden op klein formaat tegen een matglas. Nabeelden, herinnering en herkenning zijn de constanten in dit kleine bombardement op het netvlies.

De Duitse kunstenaar Mischa Kuball gebruikt de diaprojector dan weer om abstracte geometrische patronen als lichtvlekken op de wand te laten verschijnen. Het luik van ‘Still / Moving / Still’ in cc Scharpoord is kleiner, gevarieerder en daarom makkelijker verteerbaar dan het vervolg van deze expo in de Lagunahal waar de veelheid aan flitsende en draaiende carrousels op de duur veel van de toeschouwer vergt. Toch zijn ook hier een aantal pareltjes en historische schatten te ontdekken. Denk maar aan het bekende ‘Homes for America’ van Dan Graham uit 1966 of het subtiel absurdistische werk ‘Light Switch’ van Ceal Floyer: in een hoekje van de expo staat een projector tegen de wand en projecteert op ware grootte een lichtschakelaar. Het maakt meteen duidelijk hoe efemeer al deze projecties en installaties zijn, ontastbaar licht, een illusie en eens de projector uitgeschakeld, blijft er niets over.

Speedboten

Totaal onbegrijpelijk is dat deze diepgravende expo op hoog internationaal niveau doorloopt in de ruimtes die voor de lokale fotoamateurs werden voorzien. In cc Scharpoord is dat de benedenverdieping waar de expo Photo View loopt met een overzicht van fotografische clichés en flauwe imitaties. In de Lagunahal is het zo mogelijk nog erger met de expo Diagonaal. Wanneer je verdwaasd van de enorme hoeveelheid diaprojecties van ‘Still / Moving / Still’ komt, word je getrakteerd op enkele fraaie natuuropnamen of kleurrijke beelden van speedboten. Guillaume Bijl had het niet mooier kunnen bedenken, helaas betreft het hier geen concept maar een organisatorische vergissing (compromis?). Het spreekt voor zich dat de lokale amateurs een plek verdienen op dit festival, maar wat je draait uit een kauwgomballenbak leg je ook niet naast het goud van de juwelenwinkel. Daar bewijs je beide partijen – en zeker de toeschouwer – geen dienst mee. Bovendien valt er in het amateurcircuit veel meer kwaliteit te destilleren dan wat hier gesuggereerd wordt. Slechts hier en daar springt er een werk uit zoals de foto uit een serie over de Joodse gemeenschap van Dan Zollmann, de mensen achter het matte glas van bushokjes van Danny Breckpot, het Aral tankstation bij nacht van Sus Bogaert of de gesloten vakantiehuisjes uit de serie ‘Off-Season’ van Felix Timmermans. Het was wellicht een beter idee geweest om de sterke expo van Glöde in één ruimte te tonen en een betere selectie van amateurs in de andere.

Fotosoepje

Ook in cc Scharpoord loopt ‘Texte et Photos’ over de foto’s van Marcel Broodthaers (1924-1976). Dit luik valt mee onder de paraplu van het andere kustfestival, Beaufort 03. In samenwerking met de weduwe van Broodthaers, Maria Gilissen, werd een aantal foto’s geselecteerd en aangevuld met krantenartikels, handgeschreven teksten, notities en objecten. Broodthaers werkte in de jaren ’50-’60 als journalist voor kranten en tijdschriften en maakte vaak zelf de foto’s bij zijn stukken. Ook portretteerde hij vooraanstaande kunstenaars uit zijn tijd zoals René Magritte, Pol Bury, Rik Poot of Ossip Zadkine. Ook Broodthaers’ bekende fotowerk ‘La Soupe de Daguèrre’ uit 1975 is er te zien. 12 schreeuwlelijke kleurenfoto’s tonen diverse soorten groenten en vis als basisingrediënten voor een bizar fotosoepje. Er zijn foto’s van betogingen tegen de Amerikaanse bezetting in Vietnam te zien, beelden uit de verschillende steden waar de kunstenaar verbleef, opnamen van dieren of van een ballonvaart te Vilvoorde in 1957. Deze expo is een belangrijke toevoeging aan de biografie van één van de belangrijkste Belgische kunstenaars van de tweede helft van de 20ste eeuw. Voor de achteloze bezoeker die niet vertrouwd is met het werk van Broodthaers zal het bezoek aan deze tentoonstelling op zijn minst een vreemde ervaring zijn.

Veronica’s

Bij de watertoren van Duinbergen maakte curator en medewerker van dit blad, Erik Eelbode de tentoonstelling ‘Veronica’s’. De expo is een eerbetoon aan fototheoreticus Dirk Lauwaert. Veronica (afgeleid van vera ikon, een ‘waar’ of ‘echt’ beeld) wiste – volgens het apocriefe verhaal – het gelaat van Jezus af op zijn lijdensweg naar Golgotha. De afdruk ervan zou op de wade bewaard gebleven zijn. Zo ontstond meteen één van de scheppingsmythes van het fotografische beeld. Net zoals Veronica nooit bestaan heeft, is de zoektocht naar ‘echte’ beelden een op voorhand verloren zaak. Toch doet Eelbode een poging en brengt werk samen van Dominique Somers, Dirk Braeckman, Craigie Horsfield, Martin Arnold, Elias Grootaers, Marc Trivier en een verzameling stille filmfragmenten uit een lezing van Dirk Lauwaert. Wat deze beelden met elkaar gemeen hebben, is dat ze afstand nemen van de foto als momentopname en de uitdrukking zijn van de verwerking van een langdurig tijdsverloop. Een ontdekking op deze expo is de documentaire filminstallatie van Elias Grootaers over illegalen in de haven van Zeebrugge.

Zwin

In samenwerking met FotoMuseum Antwerpen stelde Inge Henneman de tentoonstelling ‘Aangespoeld / Washed Ashore’ samen met werk van twee jonge Belgische fotografen Ben Van den Berghe (1985) en Glenn Geerinck (1984). De expo loopt in het Museum van de Zwinstreek en neemt het natuurgebied als uitgangspunt. Beide fotografen gaan om met heden en verleden wat zich uit in een analyse van architectuur en landschap waarin de (oude) duiven- en (actuele) golfsport een prominente rol speelt. Op een van de foto’s zien we de rand van Knokke-Heist, waar de cultuur overgaat in het duinlandschap. Een golfwagentje staat geparkeerd onderaan het beeld dat bij nader inzicht honderden witte golfballetjes verbergt, wellicht verloren geslagen tijdens het beoefenen van deze steeds populairder wordende elitesport. Een ander mooi werk bestaat uit een scherm dat in de wand van de expo is ingewerkt en toont een film van vier duiven in een kistje, geplaatst in de koffer van een auto. Het is een haast stilstaande film over een verdwijnende hobbycultuur.

Verder zijn er op het festival tal van kleinere presentaties in de plaatselijke galeries en het project ‘Photocity’ met werk van jonge kunstenaars op verschillende locaties. Vanaf 10 mei komt World Press Photo het fotofeest vervolmaken.

Bert DANCKAERT

Het Internationaal Fotofestival van Knokke-Heist loopt tot 7 juni op verschillende locaties. Dagelijks open van 10 tot 19u (op zondag 7 juni zijn de tentoonstellingen in cc Scharpoord enkel geopend van 14 tot 19u). Tickets zijn verkrijgbaar voor 8 euro in cc Scharpoord, Meerlaan 32, Knokke-Heist. Combiticket Fotofestival – Beaufort 03: 10 euro. Alle info: www.fotofestival.be